Het leven van een invalkracht
Door Carola. Invalskrachten, we kunnen niet zonder in de kinderopvang. Zeker met het personeelstekort op dit moment. Vaak word vergeten hoe belangrijk zij zijn en hoeveel moeite zij stoppen in het werk. En ook de flexibiliteit waar zij over moeten beschikken. Want je word ingezet op allerlei verschillende groepen, van verticaal tot horizontaal op kinderdagverblijven. Maar ook op buitenschoolse opvangorganisaties, waar je te maken krijgt met alle leeftijden. Daarnaast zie je veel verschillen in visies, culturen en regio’s. Erg interessant en leuk natuurlijk, maar dit kan ook als zwaar ervaren worden. Iets wat ik zelf dan ook heb meegemaakt.
Meer uitdaging
Mijn naam is Carola en ik ben 22 jaar oud. Na 2 jaar te hebben gewerkt op een buitenschoolse opvang in Noord-Brabant, heb ik besloten om te gaan werken als invalskracht. Deels omdat ik meer uren kon gaan maken, maar ook zeker voor de uitdaging. Daarnaast was het ook wel eens fijn om er alleen voor de kinderen te zijn en niet de taken te hoeven uitvoeren die je als vaste leidster hebt. Ik heb in zo’n 8 maanden tijd voor één organisatie gewerkt en ook als uitzendkracht voor een bureau. Dit deed ik in de regio Den Bosch, Eindhoven en Nijmegen.
Flexibel en veel verschillende locaties/collega’s
In die 8 maanden tijd ben ik mezelf zeker tegengekomen en heb ik veel over mezelf geleerd. Zoals ik al heb benoemd, moet je erg flexibel zijn. Ik dacht dat ik dit ook in mij had, maar ik ben er achter gekomen dat dit toch minder het geval was dan gedacht. Ik kreeg steeds meer moeite met het schakelen tussen verschillende locaties, zeker als je meerdere locaties in de week had. Iedere locatie had zijn eigen visie en steeds opnieuw kwam weer het jezelf voorstellen aan de orde. Je leerde elke keer nieuwe mensen kennen. Van de kinderen, tot ouders en je collega’s voor die dag. Je bouwt natuurlijk veel nieuwe sociale contacten op, maar je kunt geen band opbouwen met anderen. Ik heb wel eens één of twee maanden op dezelfde locatie gewerkt. Maar dan had je die band eindelijk een beetje opgebouwd en dan moest je alweer weg.
Eigen manier van werken ontwikkelen
Ook moet je elke keer weer opnieuw leren hoe er wordt gewerkt op een locatie. Dat is natuurlijk over het algemeen wel bijna op ieder kinderdagverblijf of BSO hetzelfde, maar toch krijg je te maken met verschillende kinderen. En ieder kind heeft, zoals jullie weten, zijn eigen ritme en structuur. En daar moet je je op aanpassen. En iedere collega werkt op zijn of haar eigen manier en daar wilde ik als invalskracht proberen bij aan te sluiten. Wat niet altijd lukt, want ik heb sinds mijn diploma-uitreiking als pedagogisch medewerker mijn eigen manier van werken ontwikkeld. En dit ging niet altijd samen met een collega helaas.
Faalangst
Maar hoe ben ik mezelf dan tegengekomen, zal je jezelf afvragen. Ik heb in die 8 maanden als invalskracht een angststoornis ontwikkeld. Dit kwam ook door privéomstandigheden, maar voornamelijk door het werk. Ik heb hier uiteindelijk hulp voor gezocht. Daar ben ik erachter gekomen dat ik faalangst had gekregen. En dan voornamelijk wanneer ik op een groep zou werken met baby’s. Iets waar ik in het begin nog niet veel ervaring mee had, omdat ik vooral op de BSO heb gewerkt en stage heb gelopen. Maar ook dagen op de BSO of peutergroepen werden steeds moeilijker. Ik was zo angstig om iedere ochtend weer te gaan werken en ik maakte mezelf iedere avond voor mijn werkdagen weer helemaal gek. Ik vroeg mezelf dan af: ‘Wat ga ik morgen tegenkomen? Komt dit wel goed? Ga ik geen fouten maken?’ En ik dacht dan soms zo negatief over mezelf, dat ik de volgende ochtend dan zo bang was, dat ik niet meer durfde gegaan. Met paniekaanvallen tot gevolg. Ik heb dagen gehad dat ik mezelf heb ziekgemeld, iets waar ik zeker niet trots op ben.
Meer rust
Gelukkig gaat het nu steeds beter met mij. Ik heb af en toe nog steeds momenten waar ik gespannen voor ben, maar ik heb daar geleerd mee om te gaan. Ook heb ik ervaren wat mijn goede maar ook zeker mijn minder goede kwaliteiten zijn. En ik weet dit nu ook beter toe te passen. Ik zal nu nog ongeveer 1 maand als invalskracht op verschillende locaties werken en daarna mag ik aan de slag op een kleinschalige, vaste locatie. Ook daar start ik als een invalskracht, maar het is wel iets waar ik erg naar uitkijk en mij hopelijk ook steeds meer rust zal geven.
Wees blij en dankbaar voor de invalkrachten!
Om deze blog af te sluiten, wil ik graag nog één ding meegeven aan kinderopvanglocaties die gebruik maken van invalskrachten: wees blij dat ze er zijn! En laat dat ook blijken. Want ik weet uit eigen ervaring, dat je niet altijd wordt gezien als pedagogisch medewerker net als alle anderen die vast in dienst zijn. Helaas worden invalskracht nog wel eens als minder belangrijk gezien. En dat is zeker niet zo!
Deel dit stuk