Vreemdenreactie

Door Mariska. Het is vakantie. Hierdoor zijn er minder kinderen op de groep, maar hierdoor zijn er ook minder pedagogisch medewerkers. Het kan voorkomen dat de vaste pedagogisch medewerker er van een kind niet is of later op de dag komt. Zo ook op een vrijdag in de vakantie.

Voorzichtigheid en terughoudendheid

En deze vreemde gezichten die er dan op dat moment zijn lokt soms logische reacties uit bij kinderen. Sommige kinderen hebben er totaal geen moeite mee dat er andere gezichten zijn, sommige kinderen zijn eerst een beetje verlegen en sommige kinderen gaan meteen huilen. Zo was S. ook. S. is net één jaar en heeft moeite met vreemden. Een logische reactie van kinderen van deze leeftijd. In ongeveer de tweede helft van het eerste levensjaar ontwikkelen kinderen dat (Feldman, 2012).

Dit noemen ze vreemdenangst. Vreemdenangst is, zoals de naam eigenlijk al zegt, de voorzichtigheid en terughoudendheid die baby’s hebben als ze onbekenden ontmoeten (Feldman 2012). Dit was dus ook het geval bij S. S. ging bij binnenkomst en bij het zien van de vreemde gezichten meteen huilen. Eerst bleef moeder er nog even bij, maar na een tijdje ging moeder weg en bleef het huilen nog even aanhouden. Na een korte tijd werd S. stil, ze was gewend geraakt aan de vreemde gezichten en na het slaapje van S. was de angst helemaal over en was ze heel vrolijk. S. had een fijne dag en was blij toen moeder haar weer ophalen. Bij het naar huis gaan met moeder ging ze lachend en zwaaiend er vandoor.

Lees ook; ‘het belang van materiaal onderzoek’

Vreemdenangst of scheidingsangst

Hierbij is er een verschil tussen vreemdenangst en tussen scheidingsangst. Scheidingsangst is de angst die bij kinderen komt als hun vaste verzorger weg gaat (Feldman, 2012). Dit is vaak bij de overgang van thuis naar het kinderdagverblijf en is dan heel snel over. Vreemdenangst kan ook gewoon op straat gebeuren terwijl de vaste verzorger er wel is of blijft.

In het geval van S. was het dubbel moeilijk. En ze werd gescheiden van haar vast verzorger en ze had allemaal vreemde gezichten. Dit maakt het nog moeilijker voor S. omdat het gelijktijdig gebeurd en ze nog niet in staat is het te begrijpen. Gelukkig zijn wij als pedagogisch medewerkers er dan voor om te zorgen dat ze zich zo prettig mogelijk voelt door te kijken naar de behoeften van S. en hierop in te spelen. Zo raakte S. snel gewend aan de situatie en de vreemde gezichten.

Bron: Feldman, S.(2012). Ontwikkelingspsychologie(5e editie). Amsterdam: Pearson Education Benelux.

Foto is van Canva.