Denk als je peuter/kleuter – Karolien Raeymaekers

Het boek

De ondertitel van het boek is: Leer te begrijpen waarom je kind niet wil eten, driftig brult als het zijn zin niet krijgt, weigert in te slapen, op alles neen zegt, zo vaak bang is…

Niet allemaal van toepassing op onze peuter, maar wel redelijk herkenbaar. Waarom begrijp ik mijn peuter soms gewoon echt niet? En waarom begrijpt hij mij niet?

Op de achterkant van het boek staat de volgende tekst: Kinderen tussen anderhalf en zes jaar kunnen vreselijk vervelend doen. Of tenminste: zo ervaren ouders dat. Bijna niks lusten, blijven plassen in hun broek, altijd bij mama willen zijn, nooit willen inslapen, krijsen als ze hun zin niet krijgen… Ouders kunnen er doodmoe van worden, en vooral: ze begrijpen niet wat hun peuter/kleuter bezielt. “Waarom doen ze toch zo?” Of: “Wat doen wij verkeerd?”

Veel ouders zullen de opmerking over het vervelend doen vast herkennen. Je weet als ouder soms gewoon echt even niet waarom je kind op een bepaalde manier reageert en dat komt op jou over als vervelend. Hoe meer hoofdstukken in het boek ik las, hoe meer ik ging begrijpen waarom bepaald gedrag vertoont wordt door peuters. En ik vind, net als elke ouder, dat ik het leukste kind van de wereld heb, maar waarom kan ik me soms zo ergeren aan dingen die hij doet? Dit snap ik na het lezen echt beter.

Het boek bespreekt een aantal onderwerpen dat bij veel peuters/kleuters speelt zeer uitgebreid: Niet willen eten, driftbuiten, slecht slapen, ‘ik ben twee en ik zeg nee’, zindelijkheid en angsten. Daarnaast is er nog een hoofdstuk met een diversiteit aan vragen die ook kort behandeld worden. Het boek eindigt met een hoofdstuk vol praktijkvoorbeelden. In dat hoofdstuk wordt bijvoorbeeld uitgelegd hoe je als ouder het haren wassen van je kind minder vervelend kan maken.

Je kunt tijdens het lezen dus echt op zoek gaan naar de informatie die voor jou relevant is. Is jouw kind al zindelijk? Dan sla je dat hoofdstuk dus lekker over. Heeft jouw kind veel last van driftbuien? Dan begin je met lezen op bladzijde 59.

Wat heb ik geleerd van dit boek?

Het boek begint met een hoofdstuk over de verschillen tussen peuters en kleuters en hoe zij denken. De ontwikkeling van de hersenen wordt uitgelegd en gekoppeld aan de vaardigheden van peuters en kleuters. Zo kan een peuter bijvoorbeeld gewoon nog niet begrijpen dat er in een groot glas dat maar gedeeltelijk gevuld is evenveel water zit als in een kleiner glas. Grootte speelt dan gewoon de grootste rol. En vinden wij het fantastisch als een kleuter onwijs geniet van het verhaal van Sinterklaas en dit als echt ervaart. Zo echt zijn de monsters onder een bed ook voor het kind. Dit besef maakte het voor mij weer duidelijk dat ik toch iets moet met die monsters op de kamer van onze peuter. Voor hem bestaan ze, helaas.

In dit hoofdstuk leerde ik ook dat ook al lijkt mijn peuter al veel zelf te kunnen, voor hem blijven het kleine deelstapjes en er is nog veel aandacht bij nodig. Vragen om dingen snel te doen, omdat we haast hebben is dus niet handig. Het is ook niet handig om het als ouder dan weer te willen regelen, want dat is een stapje terug in de ontwikkeling. Zorg dus dat er tijd is om bijvoorbeeld aan te kleden en neem daarbij de tijd om complimenten uit te blijven delen. Positieve feedback, want anders gaat er op een negatieve manier om gevraagd worden. Dat richtritsen van een jas blijft wekenlang een succes voor jouw peuter of kleuter en dat willen ze graag horen, al vind jij het als ouder al lang niet meer zo knap.